Prinsendijk
In 1672 lag tussen de Enkele- en Dubbele Wiericke het smalste stuk van de Oude Hollandse Waterlinie. De ondergelopen polders Weijpoort en Lange Weide beschermden een strook tussen de Hollandse IJssel en de Oude Rijn.
In oktober stak het Franse leger de Lekdijk door, om zo Holland onder water te zetten. Hierdoor liepen ook polders in het westen onder water.
Om overstroming van een groter gebied te voorkomen, lieten de waterschappen Rijnland, Delfland en Schieland de westelijke dijk langs de Enkele Wiericke ophogen.
In de winter van 1672/1673 werkten 600 man aan de 8 km lange dijk, die de naam Wierickerdijk, of Prinsendijk kreeg, als herinnering aan prins Willem III.
De Prinsendijk deed goed zijn werk. Er stroomde nu zelfs water richting het oosten. Hierdoor had het Franse leger uiteindelijk zelf het meeste last van het water.
De dijk die tijdens het rampjaar ook een perfecte weg was om troepen van het hoofdkwartier naar Goejanverwellesluis te verplaatsen, is nu nog het langste, onverharde wandelpad van de omgeving.
Audiotour
Bezoek de Prinsendijk ook tijdens de audiotour In het hoofdkwartier van de prins.